Van reisverhalen uit de middeleeuwen tot in de Tweede Wereldoorlog, de bronnen leggen de routes bloot

Op 1 juni valt het nieuwe nummer van Gen. magazine bij klassieke vrienden in de bus. Digitale vrienden kunnen het blad online lezen via de website.

Reislustig door de eeuwen heen

VOC-gezinnen die de Indische zeeën trotseerden, kermislieden die trekkend door Nederland hun fortuin maakten en Engelandvaarders die in de Tweede Wereldoorlog aan de Nazi’s wisten te ontkomen, de verhalen en bronnen over mensen die om welke reden dan ook – uit overmacht, avontuur of met het visioen van grote rijkdom - de wereld overtrokken zeggen veel over wie ze waren en wat ze nastreefden.

Indische jongen in Gronings doveninstituut

De Indische doofstomme Johan Carel Freijtag is veertien als hij in 1845 de boot naar Nederland neemt. In Groningen meldt hij zich bij het doofstommeninstituut Henri Guyot. Het instituut voert een voor die tijd modern regime waarbij doofstomme kinderen geleerd wordt volwaardig deel te nemen aan de ‘horende’ samenleving. Johan Carel floreert op het Guyot. Toch gaat hij negen jaar later weer terug naar Indië. Waarom keert hij terug naar zijn vaderland? En hoe kwam hij terecht in het Groningse instituut?

De kermisadel van Roermond

Rond 1900 was Roermond de thuisbasis voor kermisfamilies. Rondtrekkend door Nederland waren velen van hen zo succesvol dat ze zich financieel konden meten met de lokale elite. In home town Roermond verrezen indrukwekkende villa’s en overweldigende grafmonumenten in opdracht van deze ‘kermisadel’. Wie waren zij en hoe vergaarden zij hun fortuin?

De reizen van de Engelandvaarders

Zo’n 2.200 Nederlanders, waaronder ongeveer 75 vrouwen, ontsnapten vanaf 14 mei 1940 uit door de Duitsers bezet gebied naar Engeland. Direct na hun aankomst werden deze Engelandvaarders verhoord door de Britse geheime dienst M.I.5 en de Nederlandse Politie Buitendienst. De verslagen van de verhoren vormen een belangrijke bron over hun vaak barre en gevaarlijke tocht. Zij vormen de basis vormen voor het project ‘De reizen van de Engelandvaarders’ van het Nationaal Archief.

Het eerste jaar van CBG-directeur Hélène Oppatja:

‘Elke naam moet voorkomen in onze bestanden’

Een jaar na haar aantreden als CBG-directeur kijkt Hélène Oppatja terug en vooruit. ‘Genealogie is allang niet meer het exclusieve domein voor mensen met deftige stambomen en veel vrije tijd. De interesse voor familiegeschiedenis, en het besef dat je daar deel van uitmaakt, groeit. Weten waar je vandaan komt vind ik een recht. Mijn grote ambitie voor het CBG? Dat alle mensen die hun naam intikken hun familiegeschiedenis kunnen vinden. Elke naam moet voorkomen in onze bestanden.’