CBG bronnen
CBG Studiezaal Nassaulaan
De CBG studiezaal aan de Nassaulaan 18, circa 1950, Collectie CBG|Centrum voor familiegeschiedenis

Shortlist FH2025

De VERKIEZING 'FAMILIEHISTORICUS 2025’ is het hoogtepunt van de viering van het 80-jarig jubileum van het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis. Het CBG bevordert hiermee de kwaliteit en innovatie van genealogisch onderzoek. De verkiezing draait om de betrouwbaarheid en de impact van genealogie naast jouw stem. De meest jaloersmakende genealogieën van 2025 staan in de spotlights op het Famillement op zaterdag 14 juni 2025. Wie gaat het familieverhaal van Nederland vertellen? >>> (klik op pijltje rechts)

De stemronde laat vooral het enthousiasme over familiegeschiedenis zien en peilt de interesse. Stemmen kan niet meer, maar zet de uitreiking op zaterdag 14 juni in je agenda. Je kunt via de livestream gewoon thuis op de bank meekijken wie de Familiehistoricus 2025 wordt. Ga naar > youtube.com/@familiegeschiedenis

1. ZOVEEL MEER KLEUREN DAN ZWART EN WIT (1940-1945) – Pia van den Berg: Voor Stadstraat013 stuitte ik op de familie Zeebregts. Een weduwe met drie tienerzonen aan het begin van de oorlog. Mijn zoekvraag hierbij was: Hoe kan het dat er binnen één gezin drie broers in oorlogstijd zo fundamenteel verschillende keuzes maken?

BRONNEN: Natuurlijk ligt de basis in het archief. Een oproep in de lokale krant leverde contact op met het onderduikadres. Door de CBG persoonskaart uit het NRO kon ik via sociale media met nabestaanden in contact komen. De Wet Bijzondere Pensoen aanvraag werd ingescand door het Nationaal Archief (overgedragen van Stichting ’40-’45) en kon ik niet inzien. Dit kon wel via de Sociale Verzekerings Bank die kopieën had. Ik heb tien jaargangen Panorama doorzocht, omdat de dochter van de oudste broer zeker wist dat er een artikel over haar oom in stond. Om meer over de jongens te weten te komen, heb ik ook hun schoolrapporten bekeken in het Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven in Sint Agatha. Ten slotte ben ik bij de onderduiklocatie geweest om een gevoel te krijgen bij het verhaal van de oudste broer, maar ook het verhaal van één van de dochters uit het onderduikgezin. Een bijzondere vondst in het onderzoek waren de zestien brieven die de twee jongens vanuit het buitenland aan elkaar en aan hun lievelingstante Tho schreven. Dit gaf een prachtige inkijk in hun belevingswereld en drijfveren. Beide jongens hebben de oorlog niet overleefd. Door alles bij elkaar te leggen kon ik een redelijk nauwkeurige reconstructie van de gebeurtenissen maken en hoe de jongens hun route hebben afgelegd. IMPACT: De keuzes zijn soms anders dan je op voorhand zou vermoeden. Het is niet zo zwart wit als je denkt. De maatschappij in het algemeen. In een tijd van polarisatie, waarin snel en vaak eenzijdig geoordeeld wordt, beslaat dit onderzoek het grotere geheel. Dit onderzoek is ook van invloed op de familieleden die een enkelzijdig beeld hadden van hun vader/opa en bepaalde zaken nu beter begrijpen.

2. HET VERRAAD VAN DE JORDAAN, HET VERZWEGEN VERHAAL VAN EEN AMSTERDAMS NSB-GEZIN (20e eeuw) – Stephanie Biesheuvel: Een aflevering van Verborgen Verleden leidde naar een krantenartikel in het Parool over mijn overgrootvader die genoemd werd als de mogelijke verrader van het Achterhuis. Mijn zoekvragen: Was mijn overgrootvader de verrader van Het Achterhuis? En waren er meer gezinsleden lid van de NSB?

BRONNEN: Op basis van WieWasWie.nl maakte ik een stamboom van mijn familie en vroeg ik bij het CABR deze mensen op. Gecombineerd met hun Sociale Dienst-dossiers in Stadsarchief Amsterdam kreeg ik een completer beeld van hun levens. Door gebruik te maken van de vele archieven die Nederland rijk is en de hulp van de archivarissen, ontrafelde ik stap voor stap de geheimen van mijn oma en haar ouders, broers en zussen. De veertien gezinsleden hebben tachtig jaar lang hun wel en wee tijdens WOII verborgen weten te houden. Ik had nooit eerder een stap in een archief gezet, maar het lukte om mijn verzwegen familiegeschiedenis tot op de bodem uit te zoeken. IMPACT: De waarheid sloeg in als een bom bij mij in de familie. Velen hebben moeite met wat ik naar boven heb weten te halen. Want hoe ga je om met de herinneringen aan fijne familieleden die verraders blijken te zijn? Mijn familiegeschiedenisonderzoek heeft in de vorm van mijn boek ook landelijk impact gemaakt. Met het opengaan van het CABR, komen er voor miljoenen Nederlanders goed bewaarde familiegeheimen naar boven. En hoe daar mee om te gaan?

3. BLOEM AAN DE OPBOUW VAN BRAZILIË (17e - 20e eeuw) – Hans Bloem: De aanleiding voor mijn onderzoek was familie interesse in Groningen, Brazilië en Amerika. Vanaf 1996 heb ik vele verschillende zoekvragen gesteld (wie, wat en waar) en zoveel mogelijk beantwoord. Ik zocht daarbij naar familieleden Bloem in binnen- en buitenland.

BRONNEN: In familienieuwsbrieven (nu 82 brieven) heb ik mijn vorderingen van het onderzoek in Nederlandse en buitenlandse archieven vastgelegd. Ik heb voor het 200-jarig bestaan van Brazilië, een tekst over mijn familie Bloem geschreven die de verbindingen tussen de Braziliaanse, Groningse en Nijmeegse families laat zien. IMPACT: De periode omvat ruim 400 jaar en heeft me 28 jaar onderzoek gekost. De Braziliaanse en Amerikaanse takken kennen nu de herkomst van hun Bloem-familie en de link met verschillende andere Bloem-families is nu bekend.

4. ZEVEN SCHEPEN, EEN BINNENVAARTFAMILIE (1890 tot 1990) – Christina Boomsma: De bijzondere archieven van een aantal generaties, die ik aantrof bij het leegruimen van het ouderlijk huis, riepen bij mij de zoekvraag op: Hoe zag het leven van binnenvaartfamilies eruit en in welke context?

BRONNEN: o.a. beschrijving van familie aan de hand van zeven schepen waar ze op hebben gevaren. Ieder schip staat voor een andere periode. Van zeilschip tot modern schip, oorlog, internaten, etc. Ik sta nog aan het begin, maar interessante vondsten zijn nu al bijvoorbeeld: adoptie na verlies eigen kind door zinken van het schip, geconfisqueerd én gerestaureerd schip, verzetsacties per schip en het leven aan boord. IMPACT: Ik ben pas een half jaar bezig met mijn onderzoek en merk nu al dat het gesprek met familieleden onze band versterkt en nieuwe familieverhalen losmaakt.

5. OP ZOEK NAAR MIEKES OUDERS, EEN VERBORGEN FAMILIEGESCHIEDENIS (1900-1950) – Jaïr van Dijk: De Joodse Mieke (geboren 1940) was ondergedoken in de oorlog en heeft nooit geweten wie haar echte ouders waren. Van haar moeder had ze slechts haar voornaam, geboorte- en overlijdensdatum. Miekes zoekvraag was: Wie zijn mijn onbekende ouders en welke informatie is er te vinden over hun levens, afkomst en sociale positie?

BRONNEN: In Stadsarchief Amsterdam vond ik het sociale dienstdossier van Miekes moeder. In de hoop dat zij als jonge ongehuwde moeder financiële steun had aangevraagd, en zo waardevolle informatie over haar leven, omgeving en verwekker van Mieke was vastgelegd. Tijdens mijn onderzoek ontdekte ik dat Miekes vader een Surinaamse zwarte jazzmuzikant was, die in de jaren 1930 naar Nederland kwam. Hij had een kortstondige seksuele relatie met Miekes Joodse moeder. In 1943 trouwde deze man met een niet-Joodse vrouw en kreeg twee dochters. Beide dochters hebben inmiddels contact met Mieke. Haar vader overleed op de dag van Miekes huwelijk in 1970. Ik vond dossiers én foto’s van beide ouders – beelden die Mieke nog nooit had gezien. IMPACT: Het onderzoek bracht voor Mieke eindelijk helderheid over haar afkomst en leidde tot ontroerend contact met haar halfzusjes. Voor alle betrokkenen betekende het een onverwachte, maar diep betekenisvolle uitbreiding van hun familiegeschiedenis en identiteitsgevoel. Alle betrokkenen weten van het onderzoek en zijn razend enthousiast.

6. NEDERLANDS-GUIANA (18e - 21e eeuw) – FLORIS VAN HINDEVOORT: Een naslagwerk/standaardwerk van familieleden en aanverwanten ontbrak en leidde tot de zoekvraag: Wie zijn mijn voorouders uit Suriname, een land waar ik niets van weet en niemand ken ondanks mijn Nederlands-Surinaamse afkomst?

BRONNEN: Ik wilde iets produceren, waarmee de Surinaamse en aanverwanten genealogie gerangschikt zou worden op dezelfde wijze als in NA/NP. Een uitdaging op zichzelf, gezien de veelwijverij bijv. Dit is uiteindelijk gekristalliseerd in families gelieerd aan mijn stamboom maar dan zo zorgvuldig en volledig mogelijk uitgezocht. In mijn achterhoofd heb ik echter de medische kant niet uit het oog verloren. Als arts en onderzoeker heb ik de voorouderlijnen uitgewerkt, en kwam tot de conclusie dat de data van overlijden van verschillende directe voorouders niet overeenstemmend is met hun sociale status en leefomstandigheden. Of er misschien een genetische onderliggende oorzaak aanwezig zou kunnen zijn? Dit resulteerde in aanvullende genetisch onderzoek, wat nog gaande is. IMPACT: Naamswijziging van mijn broertje in dezelfde naam als ik draag.

7. DE FOTO DIE ALLES OVERLEEFDE (1900) – Daisy Kolkman: Mijn overgrootmoeder was donkergetint met donker haar. Mijn oma was wit en mijn oma's broers waren getint met donker haar. Hoe kon dit? En wat was het verhaal van Bart, mijn overgrootvader? De foto van mijn overgrootvader die overal met mijn oma heen reisde? Er werd nooit over gesproken en ik wilde achter de waarheid komen. Mijn zoekvraag: Wat is er in Indonesië gebeurd?

BRONNEN: Mijn oma is een oorlogsslachtoffer. De verzamelde documenten ivm hulpaanvraag kwamen in een map terecht. Deze map was mijn 'startpunt' en heb ik aangevuld via WieWasWie.nl, IGV.nl, het Rode Kruis, defensie en bezoeken aan archieven. Ik documenteerde kampervaringen, dwangarbeid, repatriëring, rekrutering, verlies van kinderen, een luchtgevecht en zelfdoding. De echte doorbraak kwam afgelopen jaar toen ik in contact kwam met iemand die families van voormalig militairen helpt met de aanvraag voor (postuum) onderscheidingen. IMPACT: Ik kan me niet voorstellen hoe traumatisch deze gruwelheden moeten zijn geweest. Het hoogtepunt van mijn onderzoek was dat mijn overgrootvader in 2024 alsnog postuum werd onderscheiden voor zijn verdiensten als militair ten tijden van de Japanse bezetting in voormalig Nederlands-Indië. Ik kon zijn nog levende kinderen vertellen dat hun vader hun niet in de steek heeft gelaten. Een 'roddel' die al jaren in de familie rondging.

8. DE ROMANTIEK VAN HET DOEN (1880-1980) – Elseline Knuttel: In 2019 realiseerde ik me dat mijn vader dat jaar 100 zou zijn geworden. Achterin een kastje lag nog een tasje met brieven en dagboekjes van mijn vader die mijn zoekvraag vorm gaven. Hoe ontwikkelde mijn vader zich? Hoe was zijn jeugd en wie waren zijn ouders? Welke obstakels ondervond hij en hoe ruimde hij deze uit de weg? In welke historische context leefde hij?

BRONNEN: Brieven/dagboeken/foto's in eigen bezit, archiefbezoek in Nederland, gesprekken met betrokkenen (vrienden/collega's/familie), vakliteratuur en gespecialiseerde websites, film- en ander beeldmateriaal, passagierslijsten, CBG Verzamelingen, Delpher en musea waren het voorwerk voor een biografie over mijn vader Hein Knuttel. Hierin o.a. aandacht voor het koloniale verleden in Nederlands-Indië, WOII, de geschiedenis van de kinderbescherming in Nederland (1940-1975) en de wederopbouw van Rotterdam. Een tijd van puinruimen, gebroken gezinnen door de oorlog, jeugdcriminaliteit, schaarste, armoede, woningnood én een tijd van idealisme, bevlogenheid en veerkracht. IMPACT: Het was een ongelooflijk spannende en zeer interessante ontdekkingstocht voor mezelf, maar uit reacties krijg ik terug dat het een informatief levensverhaal is voor 'biografie-lezers', professionals in de kinderbescherming en geïnteresseerden in de Rotterdamse wederopbouw.

9. NEDERLANDSE KOLONISTEN IN NIEUW-NEDERLAND: DE REIS VAN PHILIP HENDRICKS BOECKHOUT EN ELSJE DIRCKS ( 1655-1725) – Jelmer van der Lijn: Mijn interesse in genealogie, geschiedenis en geografie (deze 3 worden alle 3 gecombineerd in mijn onderzoek) en de ontdekking dat mijn voorouders zich tijdelijk in de Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland hadden gevestigd vormden de aanleiding van verder onderzoek. Zo kwam ik tot de zoekvraag: Wie waren mijn voorouders in Nieuw-Nederland en wat was hun leven in Beverwijck/Albany (VS) en Rotterdam?

BRONNEN: Archiefonderzoek in Stadsarchief Rotterdam en daarnaast ben ik tijdens mijn zomervakantie in 2023 in het archief van Albany (VS) geweest om stukken in te zien (zoals handtekeningen, erg bijzonder!). Ik heb de volgende documenten geanalyseerd: notariële akten, doopregisters en gerechtelijke stukken, gecombineerd met historisch onderzoek naar koloniale context en migratiepatronen. Mijn voorouders Philip Hendricks Boeckhout en Elsje Dircks hadden zich tussen 1655-1664 in Nieuw-Nederland gevestigd. In Beverwijck was Philip brouwer en raakte hij juridisch in conflict, terwijl Elsje van 1655-1658, als 19-jarige (mijn leeftijd!) dienstmeid werkte bij bestuurder Jacob Jans Schermerhoorn. Ze waren medeoprichters van Schenectady, maar na een door Philip gepleegde moord keerden ze terug naar Rotterdam, waar ze zich definitief vestigden. IMPACT: De resultaten bieden inzicht in koloniale migratie en sociale dynamiek in de 17e eeuw. Mijn onderzoek heeft mijn (verre) familie verbonden met een bijzondere familiehistorie over 'onze' Nederlandse kolonisten in Amerika. Daarnaast zijn veel familieleden geïntrigeerd door het verhaal. Mijn oma is mijn grootste fan.

10. KOMT VAN GEMERT UIT GEMERT EN VAN ZOMEREN UIT SOMEREN? (16e en 17e eeuw en daaraan voorafgaand) – Wim Penninx: Een randstedelijke vriend heet "van Zomeren". Zou zijn vaderlijn traceerbaar zijn naar de regio in Oost-Brabant nabij het dorp Someren? Zou het mogelijk zijn om op basis van Y-DNA onderzoek de herkomst van "van Someren" te traceren? Later bleek iemand een gelijksoortige zoekvraag voor mij te hebben: Kan ik aantonen dat "van Gemert" uit Heeze een herkomst in Gemert heeft?

BRONNEN: Allereerst heb ik klassiek stamboomonderzoek uitgevoerd op basis van archieven. Dit leidde tot oudste documenten uit 1681 (van Someren, Randenburg bij Boskoop) en 1680 (van Gemert, Heeze, NB). Vervolgens is Y-DNA onderzoek gedaan op basis van 37 STR-markers bij familytreedna. Het bleek dat "van Zomeren" (met genealogie tot Boskoop, 1681) het meest nabij verwant is met "van Lieshout". Tevens bleek "van Gemert" (met genealogie tot Heeze, 1680) het meest verwant is met "Strijbosch". Strijbosch is een familie uit Gemert. De Strijbosch families hebben hun naam van een boerderij in Handel, Gemert en hun genealogiën zijn uitgebreid beschreven. Al in de 14e eeuw was een familielid schepen van Gemert. Blijkbaar komt de achternaam "van Zomeren" van de plaatsnaam Someren en komt de achternaam "van Gemert" van de plaatsnaam Gemert. IMPACT: De directe impact is voor de afstammelingen van "Thomas Jansz. van Someren" en de afstammelingen van "Arnoldus Aerts van Gemert". De bredere impact is voor de personen die een herkomst naar een toponiem of plaatsnaam willen onderzoeken: DNA-onderzoek is hiervoor geschikt.

11. FAMILIE SCHABBING: VAN OOST NAAR WEST EN WEER TERUG (1360-2025) – Kees Schabbing: Een cryptische opmerking van een universitair docent over mijn familiegeschiedenis was de aanleiding voor mijn onderzoek. Kan ik het spannende èn alledaagse verhaal van mijn familie koppelen aan de grote geschiedenis om ons heen? Wat is mijn afkomst en hoe ver terug in de tijd kom ik?

BRONNEN: Het leek soms een schot hagel. In het onderzoek ging ik weleens ongestructureerd aan de slag. Bij de vertaling van gegevens naar een lopend verhaal had ik houvast aan gebeurtenissen om hoofdpersonen heen. Een doorsnee familie bleek helemaal niet gewoon. Deze geschiedenis sleept je in zes eeuwen en 17 generaties langs de bisschop van Münster, door het verre Oosten met de VOC, naar de Molukken, Java en Vietnam. Verwacht verzet door zouaven en in WO II. Inclusief spionage, verraad, arrestaties, marteling, moord en doodslag èn herrijzenis. Naast alle tumult is er rust, maar schijn bedriegt: aan de oever van een kalm kabbelende kali klinkt een bijna fataal schot. IMPACT: In een nogal gesloten familie leidden mijn onderzoek en vragen tot nieuwe contacten. Bezoeken over en weer, uitwisseling van gegevens en veel brieven en mailtjes zorgden voor verbreding van de horizon van alle betrokkenen. Er ging een wereld voor ons open.

12. BRIEVEN AAN CORNELISZ HOUTMAN, EEN FAMILIEGESCHIEDENIS (1738-1871) – Ingrid Scheinhardt: Een familieverhaal was de aanleiding voor mijn zoekvraag: Stamt distillateur Albert Houtman (1817-1871) uit Schiedam af van Cornelis Houtman of zijn broer Frederik Houtman, de vermaarde zestiende-eeuwse ontdekkingsreizigers?

BRONNEN: Door archief- en krantenonderzoek en interviews met familieleden heb ik het leven van distillateur Albert Houtman gereconstrueerd. Centraal stond de naam van het clipper-brikschip dat hij in 1857 liet bouwen om jenever naar Amerika te exporteren. Albert Houtman doopte zijn schip Johanna Frederika, hoewel deze namen helemaal niet voorkwamen in de familie Houtman. Onderzoek wees uit dat er toch een Johanna Houtman (1738-1831) bestond, de oudere zus van Alberts overgrootvader Adrianus Houtman (1743-1795). Adrianus overleed lang voor Alberts geboorte, maar Johanna werd 93 en stierf toen Albert veertien was. Waarschijnlijk vertelde zij hem over hun vermaarde voorouder, ontdekkingsreiziger Frederik Houtman. De naam van het schip was vermoedelijk een eerbetoon aan beiden. IMPACT: Mijn onderzoek wekt interesse bij historisch geïnteresseerden en lokale erfgoedliefhebbers. Bezoekers van mijn lezingen reageren enthousiast, en mijn werk kreeg 4,5 ster van het Vlaardinger Boekencollectief. Zowel De Dubbelde Palmboom, Albert Houtmans distilleerderij, als zijn levensverhaal roepen nieuwsgierigheid op.

13. HOE IK ANNA MOERSIA, DE OERMOEDER VAN MIJN INDISCHE FAMILIE, LEERDE KENNEN EN BEGREEP WAAR IK BIJ HOORDE (eind 1800-heden) – Olga Vrolijk: Een foto van mijn Indonesische betovergrootmoeder, mijn Hollandse betovergrootvader en hun Indische dochter (mijn overgrootmoeder) trok me naar het verleden. Ik ging op zoek naar mijn betovergrootmoeder, en daarna naar mijn andere voormoeders. Mijn belangrijkste zoekvraag was: Wat wil mijn Javaanse voormoeder mij vertellen?

BRONNEN: Ik sprak met familie en verzamelde hun informatie. In archieven vond ik nieuwe bronnen die verhalen bevestigden, nuanceerden of ontkrachtten. Hierna ging ik ontwarren en met gedegen onderzoek informatie op betekenis wegen. Zo kon ik (re)construeren en het familieverhaal zichtbaar maken. Het resultaat van mijn onderzoek is een manuscript over de biografieën van vier generaties voormoeders: mijn Indonesische betovergrootmoeder (1883 Koeterinangan -1934 Jogjakarta), Indische overgrootmoeder (1900- Ambarawa- 1984 Vught), mijn Indische grootmoeder (1928 Klaten – 1964 Amstelveen) en Indische moeder (1954 Jakarta), over de vraag hoe deze voorgeschiedenis mij gevormd heeft en hoe ik erfgoed kan doorgeven. IMPACT: Ik besef dat ik een rijkdom aan erfgoed te delen heb, zowel aan mijn kinderen als aan mensen uit andere culturele gemeenschappen. Bovenal voelt het als thuiskomen - bij mijn geschiedenis, bij mijn familie en bij mijzelf. Met het uitbrengen van een boek (najaar 2025) hoop ik mijn onderzoek te kunnen delen met een breed publiek en anderen aan te moedigen hun eigen familiegeschiedenis te onderzoeken.

14. ZOEKTOCHT NAAR MIJN DUITSE OVERGROOTVADER (eind 19e, begin 20e eeuw) – Andy Wernke: Een handgeschreven briefje van mijn oma over haar vader en vier gevonden foto's van haar vader leiden tot de zoekvraag: Wat is er over de Duitse Hans Harff (1900-1970), de biologische vader van mijn oma, te weten te komen?

BRONNEN: o.a. geboorte-, overlijdens- en huwelijksakten, uit wat voor gezin hij kwam, een lijst met (minimaal) 13 gevangenisstraffen, nog twee kinderen (van wie een op 20-jarige leeftijd door zelfdoding stierf), rechtszaak echtscheiding, brieven (waarvan een in Nederland geschreven), ontkenning wettigheid zoon, zijn functie in de Wehrmacht, adressen (met mijn moeder naar enkele woonhuizen van hem geweest), een opname in een 'Nervenklinik'. IMPACT: Afsluiting van een oorlogsverhaal dat mijn in 2006 overleden oma decennia als geheim heeft meegedragen en pas op haar sterfbed over sprak. Voor nabije familieleden antwoorden op een verhulde geschiedenis.