CBG bronnen
Richard Groenendijk met zijn achterneef Johan Tiggelman. Foto: NTR
Richard Groenendijk met zijn achterneef Johan Tiggelman. Foto: NTR

Richard Groenendijk

Een familie van cabaretiers, heksen en notabelen

In deze aflevering van Verborgen verleden gaat cabaretier Richard Groenendijk op zoek naar drama’s in zijn familiegeschiedenis. Hij is ook benieuwd of zijn voorouders creatieve mensen waren. Hoe dan ook, hij houdt er in ieder geval wel een conference aan over, denkt hij.

De oudste voorouder die Richard Groenendijk zelf heeft kunnen traceren, was Adriaan Groenendijk, die in 1550 in Dirksland geboren werd. In dit dorp op het Zuid-Hollandse Goeree-Overflakkee ontmoet hij voormalig directeur van het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis Theo Schelhaas, die onderzoek doet naar families op het eiland tussen 1500 en 1811. Hij laat Richard een kwartierstaat zien waaruit blijkt dat hij via zijn betovergrootmoeder Maria Hameetman is verwant aan cabaretière Adèle Bloemendaal (1933-2017).

Contact met de duivel

Theo heeft echter nog meer gevonden. Via de voorouders Groenendijk gaat de lijn terug naar voormoeder Elizabeth Hoek, die afstamt van ene Pieter Job Michielszoon. In het Nationaal Archief in Den Haag vertelt historica Eline Wildenbeest over een rechtszaak waarbij Adriana Jansdochter op 17 april 1592 werd beschuldigd van hekserij. Toen ze tijdens het proces werd gemarteld, bekende ze dat ze contact had met de duivel, veertig mensen had vermoord, en dat ze dat samen had gedaan met Eewout Dimmens, een tante van genoemde voorouder Pieter Job Michielszoon. Later is ook deze tante als heks geëxecuteerd, zo blijkt uit de rekening van de beul, die Eline aan Richard laat zien. Al in 1581 had de baljuw van Goedereede geprobeerd een aanklacht op te stellen tegen Eewout en haar twee zussen, die eveneens van hekserij werden beschuldigd. Dit lukte nadat de kleinzoon na enig ‘aandringen’ had verteld dat er ’s nachts vaak een man bij de vrouwen sliep die in het rood was gekleed en paardenhoeven in plaats van voeten had. Dat er in één gezin meerdere vrouwen van hekserij werden beschuldigd, is voor de Nederlandse geschiedenis vrij uitzonderlijk, vertelt Hans de Waardt van de Vrije Universiteit, die uitgebreid onderzoek heeft gedaan naar de geschiedenis van hekserij.

Richard Groenendijk en Eline Weldenbeest in het Nationaal Archief. Foto: NTR 1

Richard Groenendijk en Eline Weldenbeest in het Nationaal Archief. Foto: NTR/Blazhoffski

1
Familiewapen van Abraham Alemans in CBG Familiewapens 2

Familiewapen van Abraham Alemans in CBG Familiewapens

Familiewapens 2

Naar aanleiding van de uitzending heeft NPO Focus een artikel en een aantal video’s gepubliceerd over onder andere de heksenvervolgingen.

Bloedverwanten

Binnen de familie doet het verhaal de ronde dat Jacob en Maria de Vos, de grootouders van Richards oma Semina Maria Tiggelman, neef en nicht van elkaar waren. In het Streekarchief Goeree-Overflakkee in Middelharnis helpt plaatsvervangend archivaris Marco Kuiper Richard uit te zoeken of dit klopt. Uiteindelijk blijkt dat niet zijn overgrootouders, maar zijn betovergrootouders bloedverwanten waren. Uit hun trouwakte blijkt dat bij het huwelijk een kind werd geëcht, wat waarschijnlijk de reden van hun huwelijk geweest is.

Dikwijls kan je meer informatie uit akten van de burgerlijke stand halen dan je denkt. Lees onze kennispagina voor meer informatie over het onderzoek in geboorte-, huwelijks- en overlijdensakten.

Adelstand

Verder terug in de lijn van Maria Vos komt Richard uit bij voormoeder Maatje Jans Aleman. Bij het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis toont onderzoeker Martine Zoeteman-van Pelt Richard het Nederland’s Adelboek, oftewel het Rode Boekje. Hierin is te lezen dat in 1814 ene Abraham Alemans in de adelstand werd verheven. Van hem is ook een familiewapen: de rode leeuw van Holland met de zwarte leeuw van het graafschap Henegouwen. Abraham is al vroeg doodgegaan zonder nakomelingen, waardoor de familie is uitgestorven.

In de Ridderzaal kan Richard letterlijk in de voetsporen van zijn voorouders treden

Martine laat Richard afschriften zien van rechterlijke stukken die betrekking hebben op de vele processen die voorouders Alemans gevoerd hebben. Zij gingen jagen in de duinen, hetgeen alleen toegestaan was aan de adel. Zij beweerden echter van een bastaard van de graven van Holland af te stammen en wonnen het proces. Op het Binnenhof in Den Haag vertelt expert Middeleeuwse geschiedenis Sanne Frequin dat Richards voorvader Jan Aelman, die omstreeks 1389 leefde, een bastaardzoon was van Willem III, graaf van Holland, Zeeland en Henegouwen. In de Ridderzaal, het oudste gedeelte van het Binnenhof en ooit de ontvangstzaal van de graven van Holland uit de 13e eeuw, kan Richard letterlijk in de voetsporen van zijn voorouders treden.

Voorname lieden

Buiten de uitzending zijn nog meer voorname voorouders van Richard gevonden. Zo stamt Maria Manteau, de grootmoeder van Richards betovergrootvader Marinus de Boed, af van mensen die belangrijke functies hebben bekleed in onder meer Bergen op Zoom en Oud-Vossemeer. Voorouder François Manteau, geboren omstreeks 1480, was apotheker en accijnser van het bier dat in Bergen op Zoom gebrouwen werd. Zijn tweede vrouw, Apollonia van Dalen, was de dochter van Cornelis Pieters van Dalen, burgemeester van Tholen in 1512. Zijn zoon, François junior, was notaris en burgemeester van Bergen op Zoom.