Kleinzoon van een bankier in het verzet
Diederik Ebbinge is met name geïnteresseerd in het verleden van zijn grootvader van moederskant, die in het verzet zou hebben gezeten. In deze aflevering van Verborgen verleden komt hij meer over diens oorlogsdaden te weten. Via vaderskant komt hij uiteindelijk uit bij een van de bekendste verhalen uit de vaderlandse geschiedenis, waarin zijn een van zijn voorvaderen een belangrijke rol heeft gespeeld.
Acteur, regisseur en cabaretier Diederik Ebbinge wil graag het oorlogsverhaal van zijn grootvader Herman Götzen compleet krijgen. Het is bekend dat hij in het verzet heeft gezeten, is verraden en opgepakt door de Duitsers, maar hoe het precies zit? In het voormalig gijzelaarskamp in Sint-Michielsgestel vertelt Yve de Vries, die een boek heeft geschreven over het kamp, dat Diederiks opa een van de prominente personen was die in de oorlog door de nazi’s gegijzeld werden om het verzet in de tang te houden. Als er verzetsdaden werden gepleegd, werden als vergelding enkele gijzelaars geëxecuteerd. Uit een briefje dat zijn opa naar zijn oma heeft gestuurd en dat altijd bewaard is gebleven, blijkt dat Herman niet wist wat hem boven het hoofd hing, en ook vrij halsoverkop is opgepakt. Op de website van het programma Andere Tijden kun je meer lezen (en zien) over het kamp in Sint-Michielsgestel en ‘de Nederlandse elite in de Tweede Wereldoorlog’.
Het gijzelaarskamp was ondergebracht in het kleinseminarie Beekvliet. Heb je voorouders die in dat seminarie hun opleiding genoten? Op de site van het Brabants Historisch Informatie Centrum vind je er meer informatie over.
Hollandse Schouwburg
Bij een bezoek aan het NIOD in Amsterdam hoort Diederik dat zijn opa direct na zijn vrijlating verder is gegaan met zijn verzetswerk. Hij was voorzitter van de ‘werkgroep J’, die steun verleende (aanvankelijk ook uit eigen middelen) aan Joodse onderduikers – onder andere de groep kinderen die uit de crèche aan de Plantage Middellaan tegenover de Hollandse Schouwburg zijn gered. Door een wel heel onbenullig voorval zijn opa en oma in 1943 gearresteerd, waardoor Herman Götzen zijn bemoeienis met de werkgroep moest staken.
In het Stadsarchief Amsterdam vertelt archivaris Harmen Snel dat Diederiks betovergrootouders Gerhard Götzen en Cornelia Blaauw allebei wees waren en waarschijnlijk verliefd zijn geworden toen ze in dezelfde periode in het Burgerweeshuis verbleven. Ook laat hij zien waar de Duitse wortels van de familie Götzen uiteindelijk liggen. Vervolgens gaat Diederik op zoek naar meer informatie over de familie van vaderskant.
Lodewijk Napoleon
In de doopgezinde kerk zijn geboortestad Baarn – waar Diederiks vader nog gepredikt heeft – licht Cor Trompetter Diederiks doopsgezinde familiegeschiedenis toe, die ons uiteindelijk bij de textielfabrikanten Blijdenstein brengt. Eén van hen was tevens ‘maire’ van Enschede en heeft ooit koning Lodewijk Napoleon te logeren gehad. In de CBG Bibliotheek vind je verschillende genealogieën van de familie Blijdenstein en andere textielfamilies.
“Dat gaf me wel een zeker gevoel van kippenvel, ja”
De lijn van Diederiks oma Willemina Wisselink leidt via prominente personen als dominees en raadsheren naar Catharina Walaeus, geboren in Middelburg als dochter van de Leidse hoogleraar Antonius Walaeus Gandaniensis. Die laatste naam wil zeggen dat hij afkomstig was uit Gent, zoals zovele andere protestantse vluchtelingen. Deze Antonius was filosofisch professor in de theologie, aanhanger van de orthodoxe leer, en daarmee fel tegenstander van de remonstranten. Toch zou hij degene zijn die het meest prominente lid uit dat kamp, Johan van Oldenbarnevelt, geestelijke bijstand verleende in de laatste momenten voor diens executie. Daarmee heeft hij een rol gespeeld in een van de bekendste verhalen uit de vaderlandse geschiedenis.
Planter
Het mooiste vond Diederik echter het ‘kleine verhaal’ van die twee straatarme wezen die elkaar in het weeshuis hadden leren kennen en uiteindelijk trouwden, wat twee generaties later resulteerde in die grote man die zulke grote dingen in de oorlog heeft gedaan. “Dat geeft me wel een zeker gevoel van kippenvel, ja”, glimlacht hij.
Wat niet in de uitzending te zien is, is dat er naast Duitse en Vlaamse voorouders ook een lijntje loopt naar de voormalige koloniën: Abraham van Sitteren, een zoon van Diederiks voorouders Abraham Jillis van Sitteren en Helena Heuperman, was in 1845 planter in Suriname. Wijst jouw familiegeschiedenis ook die kant op? Veel Surinaamse bronnen (waaronder de volkstelling uit 1921) zijn inmiddels gescand en voor een deel digitaal beschikbaar via de website van het Nationaal Archief in Suriname en de website van het Nationaal Archief in Den Haag.